Vroeg handelen loont in de kinderopvang

Vaak hoor je waarom moeten kinderen al zo vroeg gediagnosticeerd worden? Kinderen volgen hun eigen ontwikkeling, de een is snel de ander wat langzamer…

Dat is zeker waar. Wanneer de ontwikkeling binnen de lijnen verloopt is het zeker niet nodig om daar waar een ‘deel van de ontwikkeling’ iets langzamer verloopt onderzoek te verrichten. Een ander verhaal wordt het als het kind over de gehele lijn een langzamere ontwikkeling laat zien, of als de ouders een ‘onderbuikgevoel’ hebben dat er iets niet helemaal goed verloopt. Dat onderbuikgevoel is een belangrijk signaal. Ouders voelen vaak aan dat de ontwikkeling moeizaam of anders verloopt. Dan is het goed om advies in te winnen. Advies bij huisartsen, consultatiebureau artsen of GGD artsen. Want onderzoek heeft aangetoond dat vroegsignalering de ontwikkeling ten goede komt. Pedagogische medewerkers op kinderdagverblijven of peuterspeelzalen zien kinderen een aantal keren per week. Ze zouden alert moeten zijn op moeilijk bij te sturen gedrag, vreemd gedrag of zorgwekkend gedrag. Het is belangrijk dat deze medewerkers weten waar ze op moeten letten en hierin geschoold worden.

Vroeg handelen in de kinderopvang loont

De kinderopvang kan een spilfunctie vervullen in het begeleiden van peuters en kleuters met een dreigende ontwikkelingsachterstand. Met name het verbinden van de eigen expertise met die van de Centra voor Jeugd en Gezin biedt hiertoe kansen. “Medewerkers én ouders waarderen een vast aanspreekpunt op locatie”, geeft prof. dr. Tom van Yperen aan. “Extra meerwaarde ontstaat wanneer pedagogische medewerkers leren beter met moeilijk gedrag om te gaan.”
Prof. dr. Tom van Yperen van de Rijksuniversiteit Groningen neemt deel aan een wetenschapsteam van het zogeheten PACT-traject. In dat traject vinden pilots plaats waarin de samenwerking tussen kinderopvang, onderwijs en jeugdhulp vorm krijgt. “Onze eerste indruk, overigens ondersteund door buitenlands onderzoek, is dat vroeg erbij zijn in de kindertijd loont. Het helpt daadwerkelijk om de ontwikkeling van kinderen weer goed te krijgen. Heel belangrijk daarbij is dat wordt gewerkt aan vaardigheden van pedagogische medewerkers en leerkrachten om de signalering beter te doen, hun eigen handelen te verbeteren en wanneer nodig te verwijzen naar de zorg.”

Loketfunctie

In een van de pilots wordt een medewerker van een Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) een aantal uren per week gestationeerd op een locatie voor kinderopvang. Deze dient als vraagbaak voor zowel pedagogische medewerkers als ouders. “Uit die pilot blijkt dat zowel medewerkers als ouders het heel prettig vinden om een vast persoon als direct aanspreekpunt te hebben. Dat maakt het persoonlijk en schept vertrouwen. Een CJG-er vervult op de opvang als het ware een loketfunctie. Die ondersteuning via heel korte lijntjes voorziet in een behoefte.”
‘Alleen al met het meegeven van tips & tricks is veel resultaat te boeken’

Positieve invalshoek

Van Yperen benadrukt dat pedagogisch medewerkers ook door middel van hun eigen handelen ervoor kunnen zorgen dat kinderen minder problematisch gedrag laten zien. “Anders kijken naar kinderen, vanuit een positieve invalshoek, kan het gedrag aanzienlijk verbeteren. Neem jonge kinderen die meer dan gemiddeld ongehoorzaam of koppig zijn. Wanneer je aandacht besteedt aan positief gedrag, denk aan een aai over hun bol als ze lief zijn of goed zitten te spelen, werkt dat beter dan alleen maar corrigerend optreden als het kind zich niet goed gedraagt.” Op zich een simpel advies, maar de onderzoek in met name het onderwijs leert volgens hem dat er nu juist heel veel aandacht uitgaat naar ongewenst gedrag, terwijl de goede momenten relatief weinig worden benut. Nevenvoordeel is bovendien dat de stress van de leerkrachten afneemt. “Logisch, want je bent veel minder bezig politieagent te spelen, waardoor je prettiger les kunt geven. Dezelfde aanpak werkt overigens ook voor teruggetrokken kinderen.”

Tips & tricks

Waar het in feite om gaat, is dat het repertoire van beroepsopvoeders wat groter wordt gemaakt. Alleen al met het meegeven van tips & tricks kun je volgens Van Yperen veel resultaat boeken. “Het zou goed zijn, indien dit in de opleiding meer aandacht krijgt. Daarnaast kan door de aanwezigheid van de CJG-medewerker een vorm van training on the job worden gegeven aan degenen die al in de kinderopvang werken. Op die manier krijgen zij een steuntje in de rug bij op een goede manier omgaan met kinderen die gebaat zijn bij extra ondersteuning.”

 

 

Bron: Vakbladvroeg 03-02-2017